Op het witte doek - 2e graad

Op het witte doek - 2e graad

AD 10: De leerlingen kunnen ervaren dat het schoonheidsbeleven of de smaak van mensen verschilt.

Domein
Drama en media:
-De leerlingen kunnen verschillende filmgenres van elkaar onderscheiden.
-De leerlingen kunnen van een filmgenre aanduiden tot welke filmgenre het behoort.
-De leerlingen kunnen verwoorden waarom een filmgenre hun voorkeur heeft


Verloop van de activiteit.

Deze activiteit bestaat uit 2 delen (2 x 75 minuten)

Deel 1

1) In de bioscoop

Enkele vraagjes
-Wie is er al eens naar de bioscoop geweest?
-Naar welke film?
-Soort film? (lachen, verdrietig, spannend,...)
-Hoe weet je welke soort film het is?

Werkblaadjes uitdelen.

-lezen van de verschillende soorten films

-de verschillende fragmenten bekijken en met de juiste foto verbinden (DVD Mikado 4)

-duid 3 dingen aan wat je leuk vindt aan een film (zie werkblaadje)

2) Zelf een trailer maken
-we kijken naar een voorbeeld op de DVD (Mikado 4)

3) de groepjes verdelen 
Per groepje krijgen de lln een blad met het genre van de film en de situatie.

 Misdaadfilm

Waarover gaat de film?

Er wordt een man vermoord en er is niemand die weet hoe het is gebeurd.

Komedie

Waarover gaat de film?

Iemand valt op een ongelukkige manier

Sciencefiction

Waarover gaat de film?

Een achtervolging met een auto die kan vliegen

Musical

Waarover gaat de film?

Iemand is jarig en wordt gans de dag verrast.

Kinderfilm

Waarover gaat de film?

3 of 4 vriendjes gaan samen naar de speeltuin en beleven daar een dag vol avontuur

Western

Waarover gaat de film?

Enkele cowboys proberen koeien te vangen.

De lln mogen al eens brainstormen en hun scénario bespreken. Ze bedenken ook een titel en schrijven die op een wit A3 blad. De namen van de acteurs en actrices staan daar ook op vermeld. Tegen de volgende les mogen ze ook attributen meebrengen (kledij en andere spullen,...)

Deel 2

Filmpjes maken zonder te monteren.

Elk groepje weet al van de vorige les welk filmgenre en welke situatie ze zullen uitbeelden.

Waar moeten jullie op letten?
-duidelijk begin
-de situatie zelf
-einde
Inoefenen van de trailers (zie foto's)

Bij elk filmpje wordt er een regisseur aangeduid. Hij of zij houdt de tijd in de gaten en brengt met een afgesproken teken de acteurs op de hoogte wanneer ze moeten afronden.

De filmpjes zelf!

Deel 3

De leerlingen kijken naar de verschillende filmpjes. (ze genieten)

Evaluatie d.m.v. vraagjes.

Wat valt er jullie op?
Wat zou er nog beter kunnen?
Zou je het de volgende keer anders doen?

Vond je dit leuk?
Wat vond je er leuk aan?